Antimicrobiële resistentie

Surveillance

In de bestrijding van antibioticaresistentie is het belangrijk dat we weten hoe resistente bacteriën zich verspreiden. Met andere woorden: wie wordt waar, wanneer en waarom ziek? Dit noemen we surveillance. Surveillance is het systematisch verzamelen en analyseren van data over zorginfecties, antibioticagebruik en antibioticaresistentie. Het verzamelen van deze gegevens wordt onder andere gedaan door laboratoria, de GGD en het RIVM.

ABR Zorgnetwerk maakt gegevens inzichtelijk

Door middel van surveillance worden trends inzichtelijk gemaakt en gevolgd. Denk hierbij aan een stijging of daling in het aantal (zorg)infecties of een verandering in de resistentiepercentages. ABR Zorgnetwerk vertaalt deze data en maakt de gegevens beschikbaar voor zorgprofessionals, bijvoorbeeld in het risicoprofiel of tijdens bijeenkomsten. Om een volledig beeld te krijgen van antibioticaresistentie in de regio Holland West, is het noodzakelijk dat zorgprofessionals infecties in surveillance systemen melden. Hoe completer de data, hoe betrouwbaarder de conclusies.

Regionaal signaleringsoverleg langdurige zorg

In het Regionaal signaleringsoverleg langdurige zorg bespreken specialisten ouderengeneeskunde, artsen infectieziektebestrijding, arts-microbiologen en artsen verstandelijk gehandicapten de actuele regionale situatie in de langdurige zorg.

Belangrijke thema’s in het regionaal signaleringsoverleg zijn:

  • Actueel epidemiologisch beeld
  • Afstemmen afspraken in de zorgketen
  • Laatste updates richtlijnen en advies
  • Delen van expertise

Wilt u deelnemen aan het Regionaal signaleringsoverleg langdurige zorg?

Neem contact op

Uitbraak resistente bacteriën melden bij SO-ZI/AMR

Het ABR Zorgnetwerk Holland West stimuleert zorgprofessionals verheffingen en uitbraken van resistente bacteriën te melden bij het Signaleringsoverleg ziekenhuisinfecties en antimicrobiële resistentie (SO-ZI/AMR). Deze naam doet vermoeden dat alleen ziekenhuizen een melding kunnen maken, maar dat is niet het geval. Ook andere zorginstellingen, zoals verpleeghuizen, kunnen dat doen. Bijvoorbeeld wanneer een resistente bacterie de zorg in gevaar brengt, omdat een afdeling moet worden afgesloten. Of als een bacterie zich ondanks voorzorgsmaatregelen verspreidt en nieuwe besmettingen ontstaan.

Tijdens het maandelijkse overleg van SO-ZI/AMR beoordelen deskundigen welke gevolgen een uitbraak kan hebben voor zorginstellingen, risicogroepen en de publieke gezondheid. Ook kunnen deskundigen hulp bieden bij het bestrijden van uitbraken.

Het doen van een melding zorgt er daarnaast voor dat zorginstellingen inzicht krijgen in hun eigen situatie op het gebied van bijzonder resistente micro-organismen (BRMO). Daarmee helpen zorginstellingen bij het in kaart brengen van regionale risico’s én bij het landelijk meetbaar maken van antibioticaresistentie.

Vergoeding voor gemaakte kosten bij een BRMO-uitbraak

Bij de bestrijding van uitbraken van BRMO’s, kunnen zorgaanbieders bepaalde gemaakte kosten door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZA) vergoed krijgen. Dat gebeurt op basis van de NZA-beleidsregel (BRMO-uitbraak 2020 - BR/REG-201117). Een van de voorwaarden is dat de uitbraak is gemeld bij SO-ZI/AMR binnen de eerstvolgende maand na de ontdekking van de uitbraak.